Welkom op de Tiende Etage van Jan's
78-toeren Pakhuis
Je kunt hier
complete (digitaal gefilterde) platen beluisteren uit mijn persoonlijke 78-toerenplaten
collectie. Klik op een platenlabel om naar een
individueel nummer te luisteren.
Klik hier om achter elkaar naar alle 5 nummers van deze etage te luisteren in
onderstaande volgorde.
Klik hier om naar alle platen uit het hele Pakhuis te luisteren in de volgorde waarin ze vermeld
staan. (opnames van monologen zijn in deze
speellijst weggelaten).
Tonko Bushi - Popular Folk Song
(Verse: Michael White, Melody: Masao Koga, Arr: Raymond Hattori)
Gladys Tsutsumi & Columbia Orchestra - Columbia Record A 1171 - 1212223
Lange tijd was deze plaat een mysterie voor me. Vanaf deze plek deed ik een oproep waarop ik een reactie kreeg van Gladys' zoon, Steve Okazaki in San Francisco. Gladys Yukie Tsutsumi werd in 1929 geboren in Honolulu, Hawaï. Ze groeide daar op en was getuige van het Japanse bombardement op Pearl Harbor. Ze was altijd al gek op zingen en kort na de oorlog deed ze mee aan een zangwedstrijd in het Kokusai Theatre in Honolulu. Klik hier voor een foto daarvan
Ze kwam thuis met de eerste prijs: een gloednieuwe koelkast (dat was nogal wat in die tijd!). Haar zussen herinneren zich dat ze in een prachtige blauwe avondjapon optrad die haar moeder voor haar had gemaakt. Toen ze begin jaren '50 in Japan voor de Amerikaanse federale overheid werkte (1951/1952), nam ze “Tonko Bushi” op. Volgens haar zoon draaide een DJ, Lucky Luck, de plaat veel op het locale (Honolulu) radiostation KGMB waardoor het de Top 10 in Hawaï bereikte! Terug uit Japan verhuisde Gladys naar San Francisco, waar ze trouwde en een gezin stichtte, waarna ze nooit meer professioneel zou zingen. Ze stierf op 5 juli 1998, slechts 69 jaar oud.
Componist Masao Koga (18 november 1904 - 25 juli 1978) was een pionier binnen de Japanse populaire muziek. In Shibuya, Tokio, is er zelfs een heel museum aan hem gewijd.
Nature Boy (Eden Ahbez)
King Cole With Orchestra Conducted by Frank DeVol - Capitol - C 15054 - 2193-5D-2
Opgenomen op 22 augustus 1947. Nat 'King' Cole werd als Nathaniel Adams Coles geboren op 17 maart 1916 in Montogomery, Alabama, als zoon van een Baptist pastor. Toen hij 4 was verhuisde de familie naar Chicago, en toen hij 16 was speelde hij orgel en zong hij in zijn vaders kerk. In de late jaren '30 stelde hij in Hollywood een trio samen (piano, gitaar en bas) dat voor die tijd erg innovatief was. Rond 1947 ruilde Cole de combojazz in voor grote orkestbegeleidingen en werd hij vervolgens één van de meest populaire vocalisten van de jaren '50 en '60. Eén van zijn hits was dit magische lied, geschreven door Eden Ahbez, één van de meest bizarre songwriters uit de pre-Hippie jaren. Hij had een Christusachtig voorkomen, leefde in het Griffith Park in Los Angeles, was vegetariër, en gaf op de straathoeken van Hollywood lezingen over oriëntale mystiek. Ahbez overtuigde Nat King Cole's manager om naar het manuscript van 'Nature Boy' te kijken. Cole viel voor de Jiddische melodie en de tekst en wilde het opnemen voor Capitol Records. Het probleem was vervolgens om de uitgeefrechten te regelen, maar ze konden Ahbez nergens vinden. Uiteindelijk vonden ze hem, kamperend onder de eerste L van het bekende "Hollywood" bord. Later trok Ahbez nog even op met Brian Wilson voordat The Beach Boys Pet Sounds opnamen. Nat 'King' Cole stierf aan longkanker op 15 februari 1965.
On the good ship Lollipop (Clare, Whiting)
Mae Questal (The Betty Boop Girl) (Vocal, with Orchestral Accomp.) - Decca - F.5565 - 39251A
Opgenomen in
New York op 16 januari 1935. Dit liedje komt oorspronkelijk uit de 1934 film Bright Eyes van het waanzinnig populaire kindersterretje Shirley Temple. Feitelijk gaat het liedje helemaal niet over een schip, maar over (en gezongen in) een Douglas DC-2 vliegtuig. Deze versie wordt gezongen door Mae Questel (niet Questal zoals op het label staat). Ze werd op 13 september 1908 geboren, startte haar loopbaan in het Vaudeville en werd beroemd door haar tekenfilmstem voor Betty Boop. Naast de stem van Betty Boop deed ze ook de stem van Olive Oyl (Olijfje) in die andere hele succesvolle tekenfilm-serie van de Fleisher Studios: Popeye.
Van 1931 tot 1939 leende Questel haar stem aan Betty Boop in meer dan 150 animatiefilms. Haar laatste optreden als Betty Boop was in 1988 in een gastrol in 'Who Framed Roger Rabbit'. Mae Questel stierf op 4 januari 1998 in New York op de leeftijd van 89.
Spreek je Moeders taal! - Parodistische Potpourri I + II (Tekst: Kees Pruis)
Kees Pruis met Odeon orkest - Odeon - A 164261 a + b - Da 1665
Opgenomen in Berlijn op 5 september 1932. In deze opmerkelijke potpourri beklaagt Kees Pruis zich over de grote hoeveelheid buitenlandse muziek ten koste van het Nederlands product op de Nederlandse radio in de jaren '30. Zo te zien dus een immer actueel thema. Om z'n punt te maken heeft hij de internationale hits van die tijd (meest Duits en een enkel Engelstalig nummer) voorzien van een nieuwe Nederlandse klaagtekst. Hij zingt: "Wij verachten en verkrachten onze eigen mooie taal!", waarna hij klaagt over hoeveel andere talen er gesproken worden om hem heen in trein en bus. Hoewel het lied uit de vroege jaren '30 dateert, is het wrang om te horen dat dit soort nationalistische teksten helaas ook al lang bestonden vóór onze huidige multiculturele samenleving.
Kees Pruis werd op 7 maart 1889 in Spaarndam geboren. De platen van deze 'gentleman-humorist' waren enorm populair in ons land. Soms waren zijn liedjes dramatisch van toon maar vaker nog waren ze ronduit ondeugend. Aanvankelijk werkte hij in de handel, terwijl hij daarnaast optrad in cafés en kleine theatertjes. Zijn eerste officiële optreden vond plaats in 1914 in de Schouwburg van Haarlem, waar hij zijn jeugd doorbracht. Hij was met zijn eigen teksten en vaak ook eigen muziek de eerste cabaretier die veel voor de radio optrad. Later speelde hij regelmatig in revues en het variété, schreef hij toneelstukken en, samen met Herman Bouber, het libretto voor een operette (“Manussie van alles”). Hij stierf in Amsterdam op 28 maart 1957.
Sax-O-Phun (Rudy Wiedoeft)
Saxophone Solo by Rudy Wiedoeft (Oscar Levant at the Piano) - Columbia 4037 - A 3605
Opgenomen in London in juli 1926. Hoewel Adolphe sax al in 1841 de saxofoon had uitgevonden, was het instrument nog lang veroordeeld om dienst te doen in voornamelijk militaire bands en circusorkesten. Hoewel vaak foutief verondersteld, lieten ook de jazzpioniers de sax in aanvang links liggen. Rudy Wiedoeft, geboren op 3 januari 1893, leerde eerst de klarinet bespelen, maar switchte later over naar de sax en beheerste vervolgens de hele familie; van alt tot bas. Omdat er nauwelijks bladmuziek voor de sax voorhanden was, zette hij zichzelf tot componeren. En tot zijn verrassing ontstond er een grote vraag naar zijn composities. In 1916 verhuisde hij naar New York waar hij zijn eerste soloplaat op de saxofoon opnam. Hij werd befaamd als virtuoos saxofonist, maakte meer dan 300 platen voor verschillende platenlabels, en betekende derhalve heel veel voor de populariteit van de saxofoon als instrument, zowel in de VS als in Europa. Vervolgens was er midden jaren '20 in de VS een enorme vraag naar saxofoons, vergelijkbaar met de vraag naar elektrische gitaren in de jaren '60. Hij bleef in de jaren '20 een erg populaire uitvoerend artiest en trad regelmatig op de radio op, maar in de jaren '30 begon zijn stijl steeds meer belegen te klinken. Maar dat was nog niet het geval toen hij in 1926 op een Europese tournee ging met de beroemde pianist Oscar Levant. Ze namen deze plaat op in de Britse Columbia studio’s, die net was uitgerust met moderne elektrische apparatuur. Hij stierf op 18 februari 1940 aan een leverziekte.